Elke gemeente kan zelf de hoogte van deze woonlasten bepalen. De gemeenten Den Haag, Groningen, Rotterdam, Utrecht, Nijmegen, Eindhoven, Amsterdam, Almere, Breda en Tilburg hebben voor 2022 de lokale heffingen bekendgemaakt. Onder lokale woonlasten verstaan we de:
“Elk jaar worden de lokale belastingen en heffingen een paar tientjes duurder.
Er zijn in 2022 in Nederland 340 gemeenten. Ze heffen allemaal lokale belastingen. Lokale lasten waar je als inwoner voor moet betalen zijn: onroerendezaakbelastingen (OZB), afvalstoffen- en rioolheffing. De afvalheffing en rioolheffing moeten kostendekkend zijn. Uit de OZB-tarieven mag een gemeente inkomsten halen. Deze opbrengsten worden meestal gebruikt voor de voorzieningen van de stad.
Je kunt altijd bij ons terecht met je vragen, maar misschien hebben we jouw vragen al beantwoord. Bekijk onze blogs eens om daar achter te komen.
De tien grootste gemeenten willen volgend jaar meer inkomsten derven uit de onroerendezaakbelasting. Deze inkomsten zijn namelijk in te zetten voor uiteenlopende tekorten. De riool- en afvalstoffenheffingen mogen alleen kostendekkend zijn en niet voor andere doeleinden gebruikt worden. Er zijn echter zeer grote verschillen in de OZB-tarieven te bespeuren tussen gemeenten. Dat heeft voornamelijk te maken met het feit dat dit tarief een percentage is van de WOZ-waarde. WOZ-waardes verschillen sterk per gemeente. Zo zie je bijvoorbeeld dat gemeente Groningen gemiddeld een lagere WOZ-waarde heeft. Daar wordt het tarief voor de onroerendezaakbelasting op aangepast.
Voor inwoners van Den Haag blijven de lokale lasten voor 2022 nog onder de € 700,- staan. Inwoners van Groningen en Utrecht krijgen met een financieel minder rooskleurige situatie te maken. Groningen hanteert het hoogste OZB-tarief, omdat de WOZ-waarde in deze gemeente lager is dan gebruikelijk. Eindhovenaren en Tilburgers krijgen te maken met lastenverzwaring en ook de gemeente Utrecht kampt met financiële uitdagingen.