Ruim een derde van alle WOZ-bezwaren gedaan uit onenigheid over beschikking

Zo’n 35 procent van alle WOZ-bezwaren wordt gedaan omdat de bezwaarmaker het oneens is met de hoogte van de WOZ-waarde. Ook gemoedsrust is een belangrijke reden om bezwaar te maken, blijkt uit een enquête die de Vastelastenbond uitstuurde. Circa 25 procent gaf aan zekerheid te willen of de verstuurde beschikking wel klopte. De vragenlijst werd door 3.394 mensen ingevuld.

‌De enquête werd door personen die via de Vastelastenbond bezwaar maakten tegen hun WOZ-waardebepaling ingevuld. Circa 7 procent van de ondervraagden gaf aan weinig vertrouwen in de overheid te hebben en maakte uit principe bezwaar tegen hun WOZ-waardebepaling.

De Vastelastenbond pleit voor een grondige herinrichting van de WOZ-wetgeving. Omdat de WOZ-bepaling sterk verouderd is, worden gemeenten onnodig zwaar belast en daar zijn consumenten de dupe van. Directeur Dirk-Jan Wolfert van de Vastelastenbond hoopt dat er snel verandering komt in deze situatie: “De Wet WOZ stamt uit 1994. Het principe van de wet is goed, maar met de techniek en software van nu kan het proces vereenvoudigd en meer gestroomlijnd worden. Burgers kunnen daardoor veel eerder geïnformeerd worden over hun WOZ-beschikking.”

Wanneer het om waardebepaling en transparantie gaat, laten gemeenten volgens Wolfert steken vallen. Dat blijkt ook uit de uitslag van de enquête: “Het zou voor burgers prettiger zijn als ze nog meer inzicht krijgen in de waardebepaling van de gemeente. Nu mist er vaak een onderbouwing van de WOZ-waarde en dat is jammer. Als je een rapport toevoegt en de burger meeneemt in de besluitvorming ben je transparanter. We zouden graag zien dat elke gemeente standaard en uit eigen beweging het taxatieverslag inzichtelijk maakt. De kloof tussen burger en overheid is groot. Een wetswijziging is een mooie manier om de kloof tussen burger en gemeente te slechten.”